Huiswerk begeleiden
Huiswerk begeleiden
Als volwassene kan jij het kind helpen bij huiswerk. Samen plannen, het kind aanmoedigen en nagaan of het huiswerk goed verliep helpen het kind vooruit. Inhoudelijke hulp van jou is niet nodig.
Bekijk de video: Helpen bij huiswerk – haalbare tips voor ouders
STAP 1: Begin met goede afspraken
Kies samen een plaats waar het kind huiswerk kan maken zonder afleiding.
Maak de boekentas leeg. Kijk samen in de schoolagenda. Vraag het kind hoe het op school was en welk huiswerk het moet maken. Praten over huiswerk mag in de moedertaal.
Zoek uit wanneer huiswerk het best lukt. Vooraf even ontspannen is belangrijk, tussendoor pauzeren ook.
STAP 2: Moedig het kind positief aan
Laat het kind zelfstandig werken aan het huiswerk. Blijf wel in de buurt. Moedig het kind aan met een complimentje: ‘wat ben jij goed bezig’!
Lukt iets niet? Met vragen als ‘wat moet je doen?’ en ‘hoe heb je dat in de klas gedaan?’ help jij het kind denken aan de uitleg van de leraar. De oplossing geven en fouten verbeteren is niet nodig.
Maakt huiswerk het kind verdrietig of bang? Blijf zelf rustig. Wil het kind even pauzeren? Is het te moeilijk? Of te veel? Als het echt niet lukt, is stoppen soms het beste idee.
STAP 3: Check samen het resultaat
Stimuleer het kind om zijn huiswerk na te kijken en te controleren of het volledig af is.
Verloopt huiswerk moeilijk? Laat het weten aan de leraar: op het huiswerk zelf, in de schoolagenda of spreek de leraar, zorgcoördinator of brugfiguur aan.
Klaar? Laat het kind zijn boekentas in orde brengen voor de volgende dag. Nu is het tijd om (samen) even te ontspannen!
Nederlands leren? Zoek waar jij terecht kan op www.huisnederlandsbrussel.be. Of vraag het op de school van je kind.
Bron: www.klasse.be
Bladwijzers met info voor ouders en kinderen:
Bekijk de video: Helpen bij huiswerk – haalbare tips voor ouders
STAP 1: Begin met goede afspraken
Kies samen een plaats waar het kind huiswerk kan maken zonder afleiding.
Maak de boekentas leeg. Kijk samen in de schoolagenda. Vraag het kind hoe het op school was en welk huiswerk het moet maken. Praten over huiswerk mag in de moedertaal.
Zoek uit wanneer huiswerk het best lukt. Vooraf even ontspannen is belangrijk, tussendoor pauzeren ook.
STAP 2: Moedig het kind positief aan
Laat het kind zelfstandig werken aan het huiswerk. Blijf wel in de buurt. Moedig het kind aan met een complimentje: ‘wat ben jij goed bezig’!
Lukt iets niet? Met vragen als ‘wat moet je doen?’ en ‘hoe heb je dat in de klas gedaan?’ help jij het kind denken aan de uitleg van de leraar. De oplossing geven en fouten verbeteren is niet nodig.
Maakt huiswerk het kind verdrietig of bang? Blijf zelf rustig. Wil het kind even pauzeren? Is het te moeilijk? Of te veel? Als het echt niet lukt, is stoppen soms het beste idee.
STAP 3: Check samen het resultaat
Stimuleer het kind om zijn huiswerk na te kijken en te controleren of het volledig af is.
Verloopt huiswerk moeilijk? Laat het weten aan de leraar: op het huiswerk zelf, in de schoolagenda of spreek de leraar, zorgcoördinator of brugfiguur aan.
Klaar? Laat het kind zijn boekentas in orde brengen voor de volgende dag. Nu is het tijd om (samen) even te ontspannen!
Nederlands leren? Zoek waar jij terecht kan op www.huisnederlandsbrussel.be. Of vraag het op de school van je kind.
Bron: www.klasse.be
Bladwijzers met info voor ouders en kinderen:
- Bladwijzer voor ouders
- Bladwijzer voor kinderen van de eerste graad uit het lager onderwijs
- Bladwijzer voor kinderen van de tweede en derde graad uit het lager onderwijs
